Jan Huygen van Linschoten, geboren rond 1562, was een avontuurlijke jongeman. Op zijn zestiende besloot hij zijn moeders warme keuken en zijn woonplaats Enkhuizen vaarwel te zeggen en zijn twee broers achterna te reizen naar Spanje en Portugal, om daar het koopmansvak te leren. Maar hij wilde meer van de wereld zien: exotische landen en vreemde volkeren. In 1581 kreeg hij de kans om als secretaris in het gevolg van de nieuwe aartsbisschop van Goa naar India te reizen. Weinig Nederlanders maakten in die tijd zulke verre reizen.

In India verzamelde Jan Huygen van Linschoten allerlei informatie over de handel in Aziatische producten. Toen hij in 1592 in Enkhuizen terugkeerde, stelde hij twee boeken samen: één over de route die men moest volgen om in Oost-Indië te komen en één over alle producten die er te krijgen waren.

Die twee boeken kwamen de Nederlandse kooplieden goed van pas bij de voorbereiding van hun eerste reizen naar Azië. Jan Huygen van Linschoten raakte betrokken bij de plannen om via de Noordpool een route naar China te zoeken. De twee expedities die hij op deze noordelijke route meemaakte mislukten. Het waren zijn laatste reizen; tot zijn dood in 1611 bleef hij in Enkhuizen, waar hij een functie in het stadsbestuur bekleedde. Intussen hadden anderen, met Van Linschotens boeken in de hand, via de oude Portugese route om Afrika heen Oost-Indië weten te bereiken.

Het portret hiernaast is de enige afbeelding die van de beroemde wereldreiziger bewaard is gebleven. In de vier hoeken staan afbeeldingen van plaatsen die hij tijdens zijn reis naar India bezocht: Goa, Mozambique en het eiland Sint Helena. Het randschrift vermeldt zijn lijfspreuk: Souffrir pour parvenir; afzien om iets te bereiken.

Na zijn terugkeer uit Oost-Indië was Van Linschoten bevriend geraakt met deze dochter van een vooraanstaand Enkhuizenaar. Zij huwden op 2 april 1595 en dat was niet te vroeg, want al op 23 augustus werd hun dochtertje Marritjen geboren. De jonge vader was die zomer niet thuis; hij was voor de tweede maal naar het hoge noorden vertrokken om een doorvaart naar Azië' te zoeken. Reynu Meindertsdochter overleed rond 1613. Zij overleefde haar man en hun enig kind.

Van Linschotens Itinerario

In 1596 verscheen in Amsterdam de eerste druk van het Itinerario van Jan Huygen van Linschoten (Jan Huygen van Linschoten, Itinerario. Voyage ofte schipvaert van Jan Huygen van Linschoten naar Oost ofte Portugaels Indien). In dit boek beschreef hij allerlei gebieden in Azië en de producten die er te krijgen waren. Het Itinerario werd een standaardwerk dat nog tientallen jaren gold als belangrijkste bron van informatie over de Aziatische handel. Het werd vele malen herdrukt en al rond 1600 vertaald in het Latijn, Engels, Frans en Duits.

Itinerario

Na zijn jarenlange verblijf in India spande Jan Huygen van Linschoten zich in om een doorvaart naar Azië te vinden via het noorden. Op die veel kortere route zouden de Nederlandse schepen geen last hebben van Portugese concurrenten. Van Linschoten nam in 1594 en 1595 deel aan twee ontdekkingsreizen die echter beiden vastliepen in het ijs bij Nova Zembla. Net zoals hij eerder Aziatische volkeren had beschreven, maakte hij nu uitgebreid melding van de mensen die hij in Lapland en Noord Rusland ontmoette.

Itinerario

Ook over zijn twee expedities naar het Noorden schreef Jan Huygen van Linschoten een uitgebreid verslag. Het boek, dat in 1601 verscheen, werd lang niet zo bekend als het Itinerario. Na zijn tweede poging om via het noordoosten China te bereiken gaf Van Linschoten het reizen op. Hij maakte dus niet de beroemde derde poging mee, die resulteerde in de overwintering op Nova Zembla.